7 Dodelijke Mythen en 3 Waarheden over redigeren

Is een redacteur nu echt nodig? De onderstaande blog van David Kudler geeft stof tot nadenken. Veel uitgeverijen hebben hun correctors wegbezuinigd, en de effecten zijn zichtbaar in menig boek dat in de boekhandel ligt. Een gemiste kans! David Kudler is een Amerikaanse schrijver/redacteur en uitgever bij Stillpoint Digital Press. De onderstaande tekst is een vertaalde samenvatting van zijn blog.

Mythen en verkeerde informatie over het bewerken van boeken

Ik heb veel boeken geredigeerd – kinderboeken, fantasy, geschiedenis-, zelfhulp- en studieboeken en in het bijzonder boeken over mythen. Ik ben gek op mythen! Tenminste, als we daarmeede grote verhalen bedoelen, over dingen en gebeurtenissen die wijzen op eeuwige waarheden. Mythen in de negatieve zin van “onwaarheden” spreken me minder aan – vooral als het mythen betreft over mijn beroep en roeping. Er bestaan veel verkeerde ideeën over het werk van een redactie. Deze zeven mythen zou ik daarom graag uit de wereld helpen:

Mythe # 1: Een goede schrijver heeft geen corrector nodig

Er zijn steeds meer mensen die zelf een boek uitgeven bij een service-uitgeverij. De uitgeverij krijgt een percentage van de omzet, maar al het werk door de auteur laat doen. Dat kan best, wordt gedacht. “Ik heb jarenlang gezwoegd op dit manuscript. Ik heb de tekst minstens honderd keer gecontroleerd en natuurlijk de spellingscontrole gebruikt. Mijn boek is klaar voor publicatie.”

 Het gebeurt zelfs de beste. Neem het boek van J.K. Rowling, ‘Harry Potter en de Orde van de Feniks’. Er zijn miljoenen exemplaren van verkocht, dat is waar – maar het is minstens honderd pagina’s langer zijn dan het zou moeten zijn. Het staat vol nodeloze herhalingen, tempowisselingen en overbodige uitstapjes. De vorige boeken in haar bestsellerserie waren veel korter en strakker. Daarbij werkte Rowling nauwer samen met haar redacteuren (zie # 3 hieronder).

Als u wilt dat uw boek sterk is, zonder fouten, professioneel en aantrekkelijk, als u uw lezers wilt beïnvloeden, dan moet uw boek professioneel worden bewerkt. Er is nog nooit een tekst geschreven die geen bewerking nodig had. Juist als u zo lang en intensief aan een manuscript hebt gewerkt, ziet u de fouten er niet meer in. De ideeën zijn nog wel helder – de concepten, argumenten, het plot en de personages – maar niet elk woord op de pagina, niet elk hiaat in de logica. Een externe redacteur ziet dat wel. Hij kijkt met een frisse blik naar de tekst. Daar wordt hij (of zij) voor betaald.

Mythe # 2: Ik hoef geen kosten te maken voor een editor. Ik heb mijn partner / vader / buurman / docent de tekst laten lezen, en hij heeft geen fouten gevonden.

Natuurlijk, hoe meer mensen er meelezen met je manuscript, hoe beter. Die lezers houden van je en willen je helpen. Dat is prachtig, maar het is ook een nadeel. Een professionele editor heeft niet in de eerste plaats een band met jou, maar met de tekst.

Mythe # 3: Alle editors zijn hetzelfde

Nee. Voordat een manuscript wordt uitgebracht, moet een manuscript allerlei fasen doorlopen, die om andere vaardigheden vragen:

  • Er zijn editors die met de auteur samenwerken ter ondersteuning van het schrijfproces. Zij kijken naar de structuur en de argumentatie in non-fictie, of naar het plot en de karakters in fictie.
  • Er zijn ook redacteuren die niet zo nauw samenwerken met de auteur, maar die minder sturende ondersteuning bieden.
  • Dan zijn er redacteuren die zich vooral concentreren op de taalregels. Zij proberen de stijl van het manuscript consistent te maken.
  • Proeflezers zijn meestal de laatste mensen die door het boek heengaan, en daarbij puur letten op spelfouten of fouten in stijl, zoals onjuiste interpunctie, grammatica of opmaak.

Een redacteur kan veel van die functies bieden, maar niet allemaal tegelijk. (Zie # 6 hieronder).

Mythe # 4: Een editor is een editor – dus ik kies gewoon de goedkoopste die ik ken.

Het is uw werk en uw geld en niet iedereen heeft evenveel budget om het boek te creëren dat hen voor ogen staat. Goedkoop is echter niet altijd beter. Het kost veel meer als ik een tekst grondig bewerk, waarbij  ik samenwerk met de auteur om het manuscript fundamenteel te verbeteren, dan wanneer ik een eenvoudige laatste controle uitvoer voordat het boek wordt gepubliceerd, en ik alleen zorgvuldig let op interpunctie, grammatica en stijl.

Net als bij iedere andere dienst, krijg je waar je voor betaalt.

Mythe # 5: Oké, prima. Ik huur een editor. Het is als het aanhouden van een taxi; ik neem de eerste die zich aanbiedt.

De beste manier om de juiste uitgever te vinden is waarschijnlijk door te praten met andere schrijvers en door aanbevelingen te vragen. Je kunt ook zoeken naar een lokale freelancer. Voordeel daarvan is dat je elkaar persoonlijk kunt ontmoeten. Dat is niet persé nodig, maar het is geen slecht idee, zeker niet bij een langere termijn project.

Zoek meerdere kandidaten, vertel hen precies hoe lang het manuscript is en wat voor soort bewerking je zoekt (zie # 3 hierboven) en geef hen een kort voorbeeld – vijf tot tien pagina’s. Vraag hen om deze te bewerken en een offerte uit te brengen voor het project, plus hoeveel tijd ze ervoor denken nodig te hebben. Hoogstwaarschijnlijk zullen er geen twee bewerkingen gelijk zijn.

Mythe # 6: Ik huur de redacteur die mij heeft geholpen het manuscript te herschrijven. Nu is het klaar voor publicatie!

Nou ja… misschien. Maar wat zei ik hierboven een frisse blik? Dat geldt voor de redactie ook. Als ik langere tijd heb samengewerkt met een auteur komt er een punt waar ook ik blind ben voor de details.

Dus als je hebt me ingehuurd voor een grondige bewerking, moedig ik je aan nog een tweede editor in te schakelen, en als het boek dan in optima forma is, nog een proeflezer.

Mythe # 7: De editor heeft mijn manuscript bewerkt, maar ik heb geen idee wat zijn opmerkingen betekenen. Bevelen? Kritiek? Suggesties? De editor is de baas!

Nou, nee. Sinds onze schooltijd krimpen we allemaal ineens bij het zien van roodgekleurde correcties, maar de opmerkingen van uw editor zijn niet bedoeld als kritiek. De eerste taak van een redacteur is het best mogelijke boek te maken van uw manuscript. U betaalt voor zijn professionele oordeel. Prima – maar als u het echt niet eens bent, of een voorgestelde verandering niet begrijpt, laat dat dan aan de redacteur weten en vraag naar de reden.

De editor moet u die reden kunnen geven. Er moet een woordenboek of een taalboek zijn om op terug te vallen. Het Witte of het Groene Boekje, het stijlboek… het gaat om consistentie in de tekst. Dus nee, uw redacteur is niet de baas.

Maar er zijn waarheden. Dat wel. Niet alleen Mythen.

Daarom, gewoon om dit verhaal rond te maken, geef ik nu drie waarheden over redactiewerk:

Waarheid # 1: Editors houden van boeken

Echt waar. Geloof me – we doen dit werk niet voor het geld of de roem. We worden editors, omdat we van woorden en van boeken houden: boeken als objecten, boeken als kunst, boeken als schatkisten van de menselijke geest en ziel.

We houden van het bewerken van uw boek, want dat is onze taak, en dat doen we met zorg.

Waarheid # 2: Editors  houden (meestal) van auteurs

De meeste editors zijn auteurs – of zouden dat kunnen zijn. Er is geen redacteur in leven die jouw creatieve pad nog nooit heeft belopen. We hebben een enorme sympathie voor de uitdagingen van het jezelf uitdrukken in woorden. Dus als we af en toe voor jouw gevoel teveel van je vragen, dan is dat niet omdat het ons niet kan schelen, maar juist omdat we jouw zorg delen.

Waarheid # 3: Editors kunnen u helpen om het boek te maken waar u van droomt.

U schrijft een boek, want er is iets wat u wilt zeggen, kennis of wijsheid die u wilt delen, ervaring om de lezer mee te ondersteunen.

Een redacteur is uw partner in het maken van dat gebeuren, die u helpt precies te zeggen wat u wilt zeggen, op de meest effectieve manier.

Gebaseerd op Joseph Campbell, Mythen to Live By, ebook editie, (Mill Valley, Californië: Joseph Campbell Foundation & Stillpoint Digital Press, 2010)

Oorspronkelijk gepubliceerd op TheBookDesigner.com http://www.thebookdesigner.com/2013/02/david-kudler/

Storytelling: maak jouw lezers een held in jouw verhaal

Storytelling. Het is de nieuwste trend op communicatiegebied. Verhalen vertellen. Echte verhalen wel te verstaan, anders dan ‘verhaaltjes vertellen’. Anders dan ‘Het verhaal gaat…’. Dat zijn verhalen die je kunnen inspireren, maar niet persé waar zijn. Storytelling wordt juist ingezet om de betrouwbaarheid van een organisatie zichtbaar te maken.

Met storytelling laat je zien waar je als organisatie voor staat en wat je drijft. Maar het is meer dan dat. Verhalen doen iets met degene die luistert. Een goed verhaal trekt mensen ín het verhaal. Het gaat over hén. Bij kinderen zie je dat heel sterk. Bij een verhaal over Superman zijn zijzelf ineens de held. Maar ook volwassenen kunnen door een verhaal gaan ervaren dat het hún verhaal is. Of gaan verlangen dat dat zo was. Op die manier zet het mensen in beweging.

 

Verhalen blijven hangen

Lang voordat de eerste letter op papyrus of kleitablet was gezet, werden de belangrijke verhalen al verteld. De verhalen leerden mensen de lessen van het leven. Verhalen blijven hangen. Wat herinner jij je beter: de jaartallen die je vroeger tijdens geschiedenis moest leren, of de verhalen die je geschiedenisleraar je vertelde? De nieuwste filmtrend in Amerika, om sprookjes te gaan verfilmen is dan ook niet vreemd .

Storytelling is ‘een inspirerend communicatiemiddel dat mensen bij boodschappen betrekt en drempels wegneemt. Storytelling brengt het verhaal van merk, organisatie en bedrijf tot leven.’ Vertel het unieke verhaal van jouw organisatie , en mensen vergeten je niet meer.

 

Jouw verhaal: dit zijn wij!

Volgens Guido Rijnja en Ron van der Jagt in hun werk ‘De kracht van verhalen in communicatie’ kan storytelling medewerkers helpen beter zicht te krijgen op de missie van hun eigen organisatie. Wat maakt hen uniek? Wat is hun waarde? Als de medewerkers ‘hun’ verhaal beter kunnen vertellen, versterkt dat het gezicht van de organisatie naar buiten toe. Daarnaast kunnen organisaties zich door storytelling duidelijker positioneren ten opzichte van andere organisaties. Dit is geen overbodige luxe: 40% van de managers, 60% van het middenkader en maar liefst 90% van de medewerkers heeft geen duidelijk beeld van de missie en visie van de organisatie

 

Welk verhaal vertel jij?

Ieder organisatie heeft een verhaal. Ook al besta je voor de buitenwereld nog maar één dag, er is een geschiedenis. Een passie, een gevoel van roeping of een besef van pure noodzaak. Jij wist wat je moest doen, en je deed het. Dat is jouw verhaal. Bij storytelling gaat het om jouw unieke passie en visie.

Wat wil jij uitdragen als organisatie? Klopt dat nog, met het oorspronkelijke verhaal? Waar doe je het voor, en voor wie?

 

Niet alleen met woorden

Verhalen worden niet alleen met woorden verteld. Er zijn talloze mogelijkheden, zoals filmpjes en animaties op Youtube, dvs’s met extra informatie, blogs en facebookpagina’s.  Het interactieve element van die mogelijkheden (delen, reageren) versterkt de kracht van het verhaal. Mensen gaan deelnemen aan jouw verhaal. Zij worden de ‘Superman’ van jouw verhaal.

 

Meer lezen en bronnen:

http://www.frankwatching.com/archive/2009/07/02/de-verschillende-gezichten-van-storytelling/

Het verhaal van Lego http://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=NdDU_BBJW9Y#!

Les van Brian Sturm Universiteit North Carolina) over storytelling http://www.youtube.com/watch?v=UFC-URW6wkU

http://www.corporatestory.nl/storytelling/wat-is-storytelling/

 

 

Dit moet je echt opschrijven…

desmond tutu

desmond tutu (Photo credit: iLikeSpoons)

“Dit moet je echt opschrijven!” Dit hoor ik mezelf geregeld zeggen tegen andere moeders met jonge kinderen. Grappige uitspraken, leuke momenten; je vergeet ze zo snel.

Vandaag was ik blij dat ik mijn eigen raad had opgevolgd. Met de snijdende kou buiten was de Wii vandaag de grote vriend van onze zoontjes van 5 en 7 jaar. Zelf was ik de Wii al snel zat. Of beter gezegd: het onderlinge gekibbel dat het spel losmaakte. En dus bood ik aan: “Zal ik eens mijn oude dagboeken halen, en voorlezen van toen jullie klein waren?” Een schot in de roos. Zij lachten heerlijk om hun eigen sterke verhalen, en ik lachte om hun gelach. Ja, ze zijn zo snel groot…

Iets soortgelijks zei Desmond Tutu gisteravond in College Tour. Aan het eind van de uitzending werd hem gevraagd of hij de jongeren nog iets wilde zeggen.

“Ik geniet ervan met jongeren om te gaan”, begon hij, “want jongeren zijn idealistisch. Ze dromen van een betere wereld.” Je zag de jongeren gaan glimmen om zijn waardering. “Blijf dromen”, moedigde hij hen aan, “want voor je het weet ben je volwassen. Ga je dromen achterna. Je hebt je dromen niet zomaar. Want God heeft een plan met jou. En met jou. En jou. En jou…”

Tijdens de zwemles van onze zoontjes raakte ik er vanmorgen over in gesprek met andere ouders: “Heb jij nog dromen?” Na enig peinzen volgde er vooral hoofdschudden. “Ik heb alles gedaan wat ik wilde. Ik heb alles wat ik wens. Wat wil ik nog meer?”

Nouja… een betere wereld misschien? Ik sluit me aan bij Desmond Tutu: blijf dromen. Schrijf je dromen op en jaag ze na. Laat ze doorklinken in alles wat je doet, denkt, droomt en schrijft. Vergeet ze niet. Voor je het weet ben je volwassen..!

Een zoen zegt meer dan duizend woorden

De nieuwe paus Franciscus staat volop in de schijnwerpers. Maar het lijkt wel of deze man zich stug heeft voorgenomen de schijnwerpers weer van zichzelf af te wenden en die te richten op de zwakke en arme medemens. Het gaat om hèn, niet om hem, lijkt hij te willen zeggen.

En dus vereenzelvigt hij zich met hen, voor zover dat natuurlijk mogelijk is als paus. Weigert zich te laten vervoeren in de pauselijke limousine. Draagt een ‘eenvoudig’ ambtskleed. Kookt voor zichzelf (althans, tot nu toe). In zijn allereerste rede tot de toegestroomde katholieken op het Sint Pietersplein richt hij zich tot alle mensen wereldwijd, niet alleen tot de Roomsen. We horen bij elkaar, dus laten we omzien naar elkaar.

Ik ben nu al enthousiast over deze paus. Zijn daden spreken zijn woorden niet tegen. Prachtig! Hij spreekt zelfs zonder woorden. Daarom raakte mij dit filmpje op Youtube van de paus die een verstandelijk gehandicapte man zegent met een zoen. Dat zegt meer dan duizend woorden.

Het deed me denken aan Lady Diana in haar omgang met lepralijders. Dat ontroerde destijds wereldwijd vele mensen.

Inspirerende mensen inspireren. Wie inspireer jij vandaag – met je woorden óf daden? 

Maak je teksten aantrekkelijk voor je doelgroep

Op deze blog geef ik je tips en inspiratie om jouw teksten te laten leven.

Niemand leest graag een saaie tekst (ook al kom je er soms niet onder uit). Maar jij wilt mensen aanspreken, bemoedigen of tot actie aanzetten met jouw teksten.

Jij weet dat Gods bijbelse principes levensveranderend zijn, en jij wilt mensen daarmee helpen. En dus zoek jij tips om jouw website, nieuwsbrief, artikelen of publicaties nog aantrekkelijker te maken voor je lezer.

Doel

Zorg dus dat je helder voor ogen hebt wat je doel is met een bepaalde tekst. Jouw doel bepaalt de soort tekst. En misschien heb je wel meerdere doelen.

Stel, jouw organisatie is betrokken bij een project waar dakloze jongeren graffiti-workshops kunnen volgen. Een onlogisch project, want vergroten die jongeren hiermee nu hun kansen op de arbeidsmarkt? Jouw communicatie hierover is dus belangrijk. Mensen besluiten niet zomaar hun geld te doneren aan dit project! Je eerste doel is duidelijk: verslag doen van het project.

Maar je tweede doel is net zo belangrijk: informatie geven over de visie achter het project. Daarmee versterk je de betrokkenheid en tevens de motivatie van mensen om het project te (blijven) steunen – je derde doel.

Selecteren van informatie

Hiermee heeft jouw tekst al drie doelen, en die bepalen voor een belangrijk deel de inhoud van je tekst. Met deze doelen voor ogen maak je vervolgens een selectie uit de informatie die je wilt presenteren aan je lezers. (In een volgend blog zal ik hier verder op ingaan). Maar wie zijn die ‘mensen’ eigenlijk tot wie jij je richt?

Doelgroep: schrijf je voor ‘Hermien’ of ‘Mitch’?

Het is een open deur: hoe beter jij jouw doel afstemt op je doelgroep, hoe groter de kans dat jij je doel bereikt. Toch hebben veel schrijvers niet (voldoende) scherp voor ogen wie hun doelgroep is. Het logische gevolg is dat zij hun communicatie niet goed afstemmen op de mensen die zij willen bereiken.

Maak nu eens een beschrijving van de mensen die jij wilt bereiken. Wie is de ideale lezer? Zijn het mensen in een bepaald postcodegebied, van een bepaalde leeftijd, met een specifieke hobby, een bepaalde religieuze overtuiging? Stem vervolgens daar zaken als anekdotes, woordkeus en schrijfstijl op af.
Als je het lastig vindt zo’n omschrijving te maken, kun je beginnen met de tip van Eljaa Daae: omschrijf wie je doelgroep niét is (blog Eljaa Daae) .

Natuurlijk heb je als schrijver meerdere doelgroepen, zowel intern als extern. Toch vergemakkelijkt en verbetert het je communicatie om profielen te maken van deze doelgroepen. Tip: geef ieder profiel een fictieve persoonsnaam, en ga met ‘hem’ (of ‘haar’ communiceren.
Bovendien kan er verschil zijn tussen jouw ideale en je huidige lezerspubliek. Maak ook hierin bewuste keuzes.
We gaan terug naar het eerder genoemde voorbeeld: het graffiti-project voor dakloze jongeren. Als je hierover verslag schrijft voor ‘Hermien’ (zestig-plusser, PKN-lid, Barneveld) dan ziet je dat er anders uit dan wanneer je schrijft voor ‘Mitch’ (twintiger, woont in grote stad, houdt van uitgaan). Je geeft andere praktijkverhalen en een andere toelichting van het project. Ook voor het ondersteunen van het project doe je bij ‘Hermien’ een beroep op andere motieven dan bij ‘Mitch’.

En jij bent…?

Stem je doel en je doelgroep goed op elkaar af. Dat probeer ik ook in mijn blog te doen. Jij bent medewerker bij een christelijke uitgeverij of bij een organisatie op het gebied van huwelijk en gezin, identiteit, zending en leven als christen. Je wilt jouw lezers bemoedigen, inspireren in hun dagelijks leven en motiveren in hun leven als christen. Je zoekt naar tips om jouw website, nieuwsbrief, artikelen of publicaties nog aantrekkelijker te maken voor je lezer.

En ik? Ik ben Joyce de Jongh-Foekema, freelance tekstschrijver met een passie voor Gods koninkrijk. Met dit blog ondersteun ik je graag bij het bereiken van jouw doel. Wil je meer weten, ga dan naar http://www.optimataal.nl. Regelmatig plaats ik een nieuwe blog.

Wil je een seintje krijgen als er een nieuwe blog uit is, mail dan naar optimataal@telfort.nl

Reacties zijn welkom!

Groet,
Joyce